De Zaanse saxofonist Jan Willem van der Ham gaat tegenwoordig vergezeld van een baritonsax de podia langs. Met kornettiste Felicity Provan, bassist Raoul van der Weide en drummer George Hadow vormt hij sinds 2015 het kwartet Mixing Memory and Desire (vernoemd naar een beroemde zin uit het oeuvre van Amerikaans/Britse dichter T.S. Eliot). De groep startte in onze roemruchte serie Come Along toen het viertal de wonderbaarlijke muziek onderzocht van het kwartet van Gerry Mulligan met trompettist Chet Baker. Al in 1952 formeerde de Amerikaanse baritonsaxofonist dit klassiek geworden kwartet, dat vooral zo uniek was door het ontbreken van een piano of een ander akkoordinstrument. Waar in het begin veel stukken uit het Mulligan/Baker-repertoire op de lessenaars stonden, is er nu alleen nog muziek van de hand van Van der Ham zelf te horen. Hierin becommentarieert hij de mogelijkheden en onmogelijkheden van de bezetting en het genre van de zogeheten ‘West Coast jazz’ en vertaalt die naar een Nederlandse situatie. Lyriek, elegantie en avontuur gaan daarbij hand in hand, en composities en improvisatievormen zoeken voortdurend naar een balans. Eerder dit jaar verscheen een tweede album van de groep, Strange Destination, waarover Roland Huguenin in Jazzflits schreef: ‘De harmonie van de blazers, in dit geval baritonsaxofoon en cornet, is spannend. Prachtig klinkend samenspel wordt afgewisseld met scherts en bravoure, waarbij de wegen scheiden en er interessante monologen en conversaties ontstaan.’
